Verwarm de oven voor op 180°C.
Schil en snijd de appel in dunne plakjes.
Klop het ei met de suiker tot het mengsel licht en schuimig is.
Voeg de gesmolten boter toe, daarna de bloem, bakpoeder, kaneel en het zout. Meng tot een glad beslag.
Verdeel het beslag over kleine taartvormpjes (ingevet of met bakpapier).
Leg de appelplakjes in een waaiervorm bovenop het beslag.
Bak 20 tot 25 minuten tot de taartjes goudbruin zijn.
Tip:
Serveer lauw, eventueel met een bolletje vanille-ijs of wat slagroom.
