Procedure
Bereiding van de appels: Schil de appels, snijd ze in blokjes en doe ze in een pan. Voeg de kaneel, de citroenschil en het sap, de boter en de helft van de suiker toe. Kook op hoog vuur, af en toe roerend, tot de appels iets zachter worden.
Bereiding van het mengsel: Scheid de dooiers van het eiwit. Voeg in de kom met eidooiers beetje bij beetje de bloem toe, afgewisseld met de melk en meng goed met een garde, waarbij klontjesvorming wordt vermeden.
Klop de eiwitten stijf: Klop de eiwitten apart met de andere helft van de suiker schuimig en stijf.
Combineren van de mengsels: Voeg het dooiermengsel voorzichtig toe aan het opgeklopte eiwit en roer van onder naar boven om het eiwit niet uit elkaar te laten vallen.
Koken: Giet het mengsel in de pan met de reeds gekookte appels en kook op middelhoog vuur. Als de omelet aan één kant bruin is, draai hem dan voorzichtig om en bak de andere kant tot hij gelijkmatig bruin is.
Serveer: Snijd de appelomelet in plakjes en serveer met een snufje poedersuiker.
Aanbevelingen
Voor een nog lekkerder tintje kun je de appelomelet begeleiden met jam of banketbakkersroom.
Geniet van je eten!
